Mens en zingeving

Mens en zingeving 

Wat geeft er zin aan mijn leven?
Ik ben joods orthodox. Ik geloof dat God de enige en allermachtigste is. Ik leef volgens Zijn wetten.
God heeft elk wezen geschapen met een bepaald doel, nl. volgens de goddelijke wetten leven, doen wat God wil. We zijn hier op de wereld om God’s Naam te vereren en bekend te maken. Joden doen dat door te leven volgens de wetten van de Thora (de joodse wetboek). De Thora is goddelijke wijsheid, het is onze gids in het leven.
Mijn dagen zijn gevuld met het doen of niet doen van dingen, naar God’s wil. Dat maakt de dagen van mijn leven zinvol.
De Thora maakt ons voortdurend bewust van onze plichten in het leven, het geeft ons een ware definitie van ons doel, en het toont ons de wegen en middelen om dit doel te bereiken.
Bronvermelding: Geraadpleegd op 20 juli 2016 via http://oud.digischool.nl/kleioscoop/Thora_rol.jpg

Door de Thora te studeren, worden we verenigd met God. Maar het studeren zelf is niet voldoende. Uiteindelijk moet het leiden tot goede daden - de ‘mitsvoth’. Daarmee vervullen we het doel van de schepping, nl. het maken van een tehuis voor het goddelijke in deze wereld. 
Daarbij bestaat ons geloof uit vele rituelen, zowel dagdagelijkse rituelen, als rituelen voor speciale gelegenheden en feesten. Het zijn allemaal rituelen die de joden al eeuwenlang uitvoeren en symbool staan voor de goddelijke heerschappij. 

  • Een voorbeeld van een ritueel die ik elke dag doe: ‘s morgens als ik wakker word, was ik mijn handen met een beker en schaal, die ik de avond ervoor naast mijn bed heb gelegd. Na het wassen zijn mijn eerste woorden gericht naar God: “Ik dank jou God, de levende koning en schepper van de wereld - die altijd blijft bestaan - voor het teruggeven van mijn ziel met veel genade!”

  • De Bar Mitva: Op zijn dertiende verjaardag viert een joodse jongen zijn Bar Mitva. Hij mag dan voor het eerst in de synagoog, een stukje uit de Thora voorlezen dat hij van tevoren heeft ingestudeerd. Alle aanwezigen spreken een wens uit: “Dit kind dat nu gezegend is, mag opgroeien tot het leren van de Thora, tot het huwelijk en tot goede daden”. Er worden tijdens de dienst veel lofliederen gezongen en de hele familie is uitgenodigd. Vanaf die dag is de jongen verplicht om de mitsvoth (richtlijnen en wetten van de Thora) te vervullen. Dit is voor de desbetreffende persoon een zeer belangrijke dag in het leven.

  • De mezuza: De mezuza is een Joods symbool dat bestaat uit een kokertje met daarin een beschreven rolletje perkament (het belangrijkste joodse gebed). De mezuza hangt aan de bovenkant van de rechterdeurpost. Daaraan worden Joodse huizen herkend. Als ik de deurpost betreed, dan kus ik de mezuza. De mezuza toont dat God onze huizen bewaakt en voor ons zal zorgen.

  • Het keppeltje: Joodse jongens en mannen houden hun hoofd bedekt. Dit gebeurt meestal door een keppeltje. Daarmee tonen ze hun onderdanigheid voor God. Ze beseffen dat er steeds iemand boven hen staat.

  • tsietsit
       De talliet is gemaakt van witte wol met zwarte strepen. Het wordt geweven in speciale weverijen. De gebedsmantel moet in ieder geval het hoofd en de schouders bedekken. Voordat men de talliet omslaat, wordt een lofzegging gedaan: "Gezegend zijt Gij, Heer, onze God, Koning der wereld, Die ons geheiligd heeft door Uw geboden en ons heeft bevolen om te omhullen in de mantel met franjes." De talliet en tsietsit:  Tijdens het gebed dragen Joodse mannen niet alleen de gebedsriemen (tefillien), maar ook een gebedsmantel (talliet). Aan de vier hoeken van de talliet is franje (tsietsiet) bevestigd. Dit is een teken of symbool waardoor de drager van het kledingstuk, God en Zijn geboden gedenkt. De tsietsiet dienen een voortdurende waarschuwing tegen het afdwalen van God te zijn. Tevens moet het de gedachte van de mens op God richten.
  •    Koosjer voeding: Het Joodse volk mag niet alles uit de winkels eten. Daarom bestaan er speciale joodse supermarkten en restaurants. Een joodse keuken ziet er ook helemaal anders uit dan een gewone keuken. Joden eten alleen koosjer voeding. Het woord “Koosjer” houdt in dat voedsel en de ingrediënten die bij de bereiding gebruikt worden, goedgekeurd zijn voor consumptie door joodse consumenten.
gefilte fish
    

    Er zijn koosjere specialiteiten voor speciale gelegenheden, zoals de “gefilte fish”, wat eigenlijk gemalen vis voorstelt en een cilindervormige vorm krijgt. De meesten maken die zelf klaar. We eten het op Sjabbat (zaterdag). Op de joodse feestdagen bereiden we nog andere interessante specialiteiten. 




  •     De Siddoer: Het gebed neemt een zeer belangrijke plaats in binnen het Jodendom. Orthodoxe Joden (vooral de mannen) bidden drie keer op een dag: 's ochtends, 's middags en 's avonds. De gebeden staan afgedrukt in een gebedenboek, de siddoer. Hierin treft men alle gewone gebeden aan, die door de week of op Sjabbat en feestdagen worden gezegd.


  •        En nog veel meer…!


Wanneer ben ik gelukkig?

"Whosoever trusted in the Lord, happy is he."
(Proverbs 16:20)
Ik geloof in God. Dat geeft zin aan mijn leven. Een zinvol leven maakt me blij.
  •      Gelukkig zijn is een innerlijk gevoel van enorme tevredenheid, van blijdschap. Geluk hangt niet af van externe factoren, de mens bepaalt het zelf. Er wordt verteld over een man die naar de Rabbijn kwam en klaagde om zijn ongelukkig leven. De Rabbijn stuurde hem naar de synagoog en zei dat hij met Zusha zou moeten spreken, want die heeft zeker een goede oplossing voor de ongelukkigheid. De man vond Zusha in een hoekje van de synagoog. Zusha was arm, hij droeg oude, gescheurde kleren en was mager. De man was erg verbaasd: hoe kan Zusha mij in vredesnaam helpen, hij is toch zo ongelukkig arm? Zusha vertelde dan aan de man dat hij gelukkig was omdat hij de Thora kon studeren, omdat hij zo’n goede God heeft die hem eten geeft, omdat hij een familie met kinderen heeft,… wat moet ik nog meer hebben, ik ben zo gelukkig! De man begreep de les: geluk bepaal je zelf! Wees gelukkig met wat je hebt.

Het is dus niet zo dat een rijk leven gelukkig maakt. Integendeel, mensen die rijk zijn willen vaak steeds meer, ze zijn nooit tevreden met wat ze al hebben. Die mensen zijn raar genoeg erg ongelukkig.
Geluk is iets dat je zelf moet beslissen. Je kan soms omringd zijn met vrienden en familie maar zich niet gelukkig voelen. Het ligt dus aan ieder persoon apart of hij wel of niet gelukkig wil zijn. Ik heb daarover een mooie tekst gevonden en ik voeg het hieronder bij.



A 92-year-old, petite, well-poised and proud man, who is fully dressed each morning by eight o'clock, with his hair fashionably coifed and shaved perfectly, even though he is legally blind, moved to a nursing home today. His wife of 70 years recently passed away, making the move necessary. After many hours of waiting patiently in the lobby of the nursing home, he smiled sweetly when told his room was ready.

As he maneuvered his walker to the elevator, I provided a visual description of his tiny room, including the eyelet sheets that had been hung on his window.
"I love it," he stated with the enthusiasm of an eight-year-old having just been presented with a new puppy.
"Mr. Jones, you haven't seen the room; just wait."
"That doesn't have anything to do with it," he replied.
"Happiness is something you decide on ahead of time. Whether I like my room or not doesn't depend on how the furniture is arranged ... it's how I arrange my mind. I already decided to love it. "It's a decision I make every morning when I wake up. I have a choice; I can spend the day in bed recounting the difficulty I have with the parts of my body that no longer work, or get out of bed and be thankful for the ones that do.

Each day is a gift, and as long as my eyes open, I'll focus on the new day and all the happy memories I've stored away. Just for this time in my life.

Old age is like a bank account. You withdraw from what you've put in.

So, my advice to you would be to deposit a lot of happiness in the bank account of memories! Thank you for your part in filling my Memory bank. I am still depositing." Remember the five simple rules to be happy:

1. Free your heart from hatred.
2. Free your mind from worries.
3. Live simply.
4. Give more.
5. Expect less.
Bronvermelding: Geraadpleegd op 22 juli 2016 via
  •     Ik heb eens aan mijn moeder gevraagd wat haar gelukkig maakt waarop ze me heeft geantwoord: “Ik heb negen schitterende briljanten die meer waard zijn dan al het geld van de wereld! Dit zijn mijn negen kinderen!” dit gaat steeds met me mee, het is niet de hoeveelheid geld dat je gelukkig maakt maar het is alles wat God je schenkt. God geeft enkel wat je nodig hebt, ook al denk je dat wat de anderen hebben veel beter is. Als je de talenten, geld, … nodig zou hebben dan zou god het je gegeven hebben. Ik zeg altijd tegen mezelf: “Wees niet jaloers wat de anderen hebben, als je iets van hen wil hebben dan moet je hun hele pakket nemen en geen enkel mens heeft enkel glanzende en goede dingen op de wereld. Iedereen heeft zijn eigen moeilijkheden en ik wil de moeilijkheden van de anderen zeker niet hebben.” Als ik aan het bovenstaande denk, dan ben ik gelukkig.
        Als ik mezelf ben en dus niet de andere probeer te zijn ben ik gelukkig. Ik dank god voor wat hij         me heeft gegeven en doe er het beste mee.
 “If I am I because you are you, and you are you because I am I, then I am not I and you are not you. But if I am I because I am I, and you are you because you are you, then I am I and you are you.”                    – Rabbi Menachem Mendel of Kotzk
Bronvermelding: Geraadpleegd op 21 juli 2016 via
http://www.aish.com/sp/ph/20-Favorite-Jewish-Quotes.html
Voor mij is geluk ook om met vrienden en familie samen te zijn. Het geeft een gevoel van erbij horen, je bent niet helemaal alleen op de wereld. Vrienden en familie zijn er om plezier te maken, om met het geluk van de ander tevreden zijn en het verdriet van de ander mee te voelen, om je eigen gevoelens te kunnen uiten, om samen te lachen en soms ook huilen, … 

  • Volgens mij voelt een mens zich gelukkig als hij erkent dat hij zinvol leeft. Mensen die aan liefdadigheid doen, zijn meestal gelukkige mensen, ook al geven ze hun hele leven weg aan anderen. Dit komt omdat deze mensen voelen en zien dat hun daden zinvol zijn, ze maken er anderen gelukkig mee, het wordt gewaardeerd. 
  •          Ik ben ervan overtuigd dat God heel blij is als ik volgens de Thora leef, als ik Zijn richtlijnen vervul. Dit is mijn plicht als joods meisje, daarom leef ik hier op de wereld. Als ik de mitsvoth doe, dan word ik heel gelukkig, ik voel mij dan innerlijk tevreden, omdat ik weet dat ik iets ‘goed’ doe, ik ben zinvol bezig. Na een hele dag, kijk ik terug op mijn daden: “Welke goede daden heb ik vandaag vervuld? Waarmee zal God tevreden zijn?” 
  •        Iemand die gelukkig is kan anderen gelukkig maken, en dat is een heel goede daad. 
  •          Een mens moet er alles voor doen om positief op zijn leven te kijken. Natuurlijk gaat dat niet van een leien dakje. Je kan van het minste wat er maar gebeurt ongelukkig voelen, jaloers zijn, meer willen. Maar dat is fout. Als we vrolijk door het leven gaan, dan kunnen we veel goede daden verrichten. Belangrijk om gelukkig te zijn, is om te focussen op de goede dingen die men wel heeft. Door telkens weer dankbaar te zijn voor wat men heeft, wordt men een gelukkig mens.   

     In de joodse gemeenschap is men er van overtuigd dat God volkomen goed is en alles wat Hij voor de mensen doet, is goed, ook al ziet het er soms niet zo uit. Wij, mensen op aarde, zien maar een puzzel van het leiderschap van God. Wij kennen zijn bedoeling niet, maar moeten er van overtuigd zijn dat het voor ons het beste is. God wil dat we vrolijk door het leven gaan, dan is hij dat ook. Dit geeft ons moed om moeilijke tijden te doorstaan.

     In de Talmud staat geschreven: ‘Wie is gelukkig? Diegene die tevreden is met wat hij heeft!’ Dit is een wijze leer die steeds voor de ogen moet staan.

     Ik ben nu in Zwitserland geweest en heb daar een joodse hoogbejaarde mevrouw ontmoet. In gesprek met haar merkte ik dat ze zeer gelukkig was en steeds positief keek op haar leven. Ze zei tegen me: ‘Ik ben tevreden met wat ik heb, maar ook met wat ik niet heb’.

     Ja, wij denken vaak; als ik dit of dat nou zou hebben, dan zou ik voor altijd gelukkig zijn… Maar nee! Als God het jou niet heeft gegeven, dan is dit het beste voor jou! Dank God voor alles wat je hebt en dank God voor alle problemen van de wereld die je NIET hebt!
      Door deze wijsheid zal ik mijn leven laten leiden. 


     Hieronder voeg ik een artikel toe waarbij redacteurs van De Standaard schrijven wat voor hen geluk is. Het is zeer interessant om te zien dat geluk voor iedereen iets anders betekent. Zoals bij het film van geluk (www.vives.be/toledo) waarbij mensen over heel de wereld zeggen wat voor hen geluk betekent.
  

   Redacteurs van De Standaard over geluk
       14/01/2012 om 10:11 door bbd
       Wat geluk betekent voor u, weten we niet. maar dit is wat het betekent voor ons.
      Sofie VandenhouweEen perfectere locatie was er niet. De zon scheen boven de Jardin des Tuileries achter het Louvre in Parijs en ik had nog net een van die bijzonder comfortabele groene zitjes kunnen bemachtigen rond de vijver met de houten bootjes. Nog vijftig pagina’s te gaan tot de laatste zin. Het was nooit de bedoeling geweest maar uiteindelijk zou ik er zeven jaar over doen om de jawel zeven delen van ‘A la recherhe du temps perdu’ van Marcel Proust te lezen. Zinnen waarin je verdrinkt, die je kan lezen en herlezen en die blijven verwonderen. Het geluk zat die dag niet in het omslaan van die allerlaatste bladzijde maar in de wetenschap dat het moment er zat aan te komen, in de melancholie van het onvermijdelijke, vijftig pagina’s eerder.


     Jan Van Hove
     Geluk overvalt je. Het kan niet worden georganiseerd. Ineens is het er, en algauw is het weer weg. Voor mij is het contact met grote kunst vaak de trigger van het geluk geweest. En ik denk dat ik niet de enige ben. Nooit vergeet ik de eerste keer dat ik in het Rijksmuseum in Amsterdam ‘Het Joodse bruidje’ van Rembrandt zag. De harmonie van het afgebeelde echtpaar, het perfecte akkoord van rode, bruine en gouden tonen in dat tafereel. Mooier kon een schilderij niet zijn. Mooier kon ook een moment niet zijn.
Waarom heeft dat ene schilderij mij zo overweldigd? Waarom ben ik die enkele minuten dat ik in het museum naar dat doek met verf keek, nooit vergeten? Het valt niet echt uit te leggen. Geluk is alchemie.
     Bart Sturtewagen

     Op mijn iPod staat een liedje waar ik maar heel sporadisch naar luister. Vaak maanden achtereen niet. Het is nochtans mijn lievelingsnummer: Martha van Tom Waits. Ik roep het niet te vaak over me af. Ik wil de puurheid ervan bewaren. Ik weet ook dat het me, elke keer weer, tot tranen toe zal bewegen. Dat heb ik met geen ander nummer.
    Het gaat over Tom Frost die zijn oude liefde, Martha, opbelt. Veertig jaar geleden gingen hun wegen uiteen. Hij beseft nu hoe dat kwam en waarom dat zijn stomme schuld was. Het enige wat er toen toe deed, was dat ik een man was, zegt hij met diepe spijt.
     Waarom doet het zo’n diepe snaar trillen? Ik vraag het me al jaren af. Het beste dat ik kan bedenken is dat het over de fragiliteit van geluk gaat. Je had iets onschatbaars in je handen en het is je ontglipt. Alles wat ik had, was jij en alles wat jij had, was ik.
     Het is lang geleden, maar zulke tijden kan ik me herinneren. Waaraan is het te danken dat we elkaar, in onze naïviteit en zelfoverschatting, niet domweg zijn kwijtgeraakt? Wat heeft ons voor deze peilloze, onherroepelijke pijn behoed? Ja, we hebben daar elk het onze voor gedaan. Maar de rest was, ongetwijfeld, geluk. Dat denk ik. Telkens weer, tot het laatste vers: I remember quiet evenings, trembling close to you.
     Dorien Knockaert
     Geluk is een ui uit de kelder halen en weten dat er geen weg terug is.
De ui zal naar een schone snijplank en een scherp mes moeten. Naar een zware afgeleefde pan en hete olijfolie. Ze zal mijn vingers naar de zoutpot leiden en mijn blik door de koelkast laten dwalen: wat doen we vandaag allemaal bij de ui? Ze zal mijn neus naar de kookdampen trekken en mijn gedachten laten glijden over al die andere keren dat ik begon met een ui.
     Misschien is het de tijd die de ui afdwingt, de rustige concentratie. Misschien zijn het de goede zorgen: de boer die de ui plantte, mijn ouders die me een ui leerden stoven, en ik die dat allemaal kan verderzetten voor iemand die straks met mij wil eten.
Misschien is het het samenvallen van elke vezel in mijn lijf en mijn leven: mijn handen, mijn hoofd, mijn zintuigen, het huis, het seizoen, de liefde, het land.
     Bart Van Belle
     Geluk is een vreemd beestje. Het overvalt je vaak op de vreemdste momenten. Totaal onverwacht. Een prachtig uitzicht. Een moment waarop alle puzzelstukjes netjes in mekaar lijken te schuiven. Een telefoontje. Een sms of een mailtje. En er is geluk en geluk. Geluk hebben en gelukkig zijn. Beide komen even onverwacht. Vaak innig verstrengeld. Maar soms ook niet. Drie jaar geleden ontsnapte mijn jongste dochter aan de messen van Kim De Gelder. Na een helse autorit vol onzekerheid, kon ik haar ongedeerd in mijn armen nemen. Gelukkig maar. Geluk gehad, maar gelukkig zijn was er op dat moment niet bij. Want tien meter verder stonden vaders en moeders die minder geluk hadden gehad.
      Els Groessens

Noorwegen, augustus 2011. Ik zit op een rotsblok en kijk naar de gletsjer voor mij. Er schijnt een flauw zonnetje, het water aan mijn voeten maakt klotsende geluiden, de wind strijkt door mijn haren. Plots voel ik me verbonden met alles om me heen. Even lijkt het alsof de tijd stilstaat. Ik voel me intens gelukkig.

     Zou het niet prachtig zijn om dat gevoel altijd mee te dragen? Geen pijn, geen lijden, alleen dat vredige gevoel.
      In de loop van de daaropvolgende maanden is het me gaan dagen dat dat gevoel nooit ver weg is. Het is er altijd, dicht bij mij. Het is er hier en nu. Ik hoef me er alleen maar voor open te stellen. Het is tot me doorgedrongen dat geluk niet afhangt van uiterlijke omstandigheden of van andere mensen. Het gaat erom mee te bewegen met de stroom van het leven, zich niet te verzetten. Het gaat om acceptatie, om rust in je hoofd. Het gaat om bewust zijn. 
     Bart Dobelaere
     Het was een hoekschop. Niet meteen goed gegeven, want echt hoogte nam de bal niet. Maar kijk, door een bos van benen koos de bal uiteindelijk mijn scheenbeen. Pats erin.
     1-0. De enige goal van belang die ik ooit gescoord hebt. Een gelukje, ik ga daar niet flauw over doen. Maar wow, wat een zalig gevoel. Het was geen Champions League Finale, dus de ploegmaats gingen niet echt op mij liggen.
     Maar schouderklopjes, dat wel. De duim omhoog. Zelfs die van onze libero die nochtans vond dat ik beter rendeerde op de bank.
Soms vragen mensen met een micro achteraf aan een speler wat er door hem heen ging toen hij scoorde. En soms heb je voetballers die het vergelijken met een orgasme. Maar dat klopt niet. Als je maar één keer in je leven een echt belangrijk doelpunt scoort is het meer dan dat (al hangt het misschien ook af van die andere frequentie).
     Het doet er niet toe. Het gaat erom dat de bal door een bos van benen jouw scheen uitkiest. Het gaat erom dat we een beetje geluk moeten hebben om gelukkig te zijn.
Het echte geluk komt onverwacht. Als je geluk hebt. 
     Joël De Ceulaer

‘    De Vlaamse denker Hugo Matthysen liet ooit opmerken dat mensen qua zielenroerselen niet meer van mekaar verschillen dan qua spijsvertering. Hij heeft natuurlijk gelijk. Wie kinderen heeft, zal mij dus volledig begrijpen als ik zeg dat Gelukkig Zijn een klus is die ik sinds haar geboorte, drie en half jaar geleden, grotendeels heb gedelegeerd aan mijn dochter: als zij het is, dan ik ook. Wie ooit in een bui van enthousiasme van werkgever is veranderd, zal mij wellicht ook begrijpen als ik hier vermeld hoe aangenaam het kan zijn om een nieuw hoofstuk in je loopbaan aan te snijden. Ik vond 'De Standaard' allang de beste krant. Sinds eind vorig jaar kan ik zeggen: ik vind dat niet omdat ik er werk, ik werk er omdat ik dat vind. Alleen die melige stukjes over geluk zijn er soms te veel aan.’
     Frans Vandeputte
    Geluk is: zo wijs worden — en elk jaartje extra helpt daarbij — dat je beseft dat het Grote Geluk niet bestaat. En dus ook niet kan worden nagejaagd, laat staan kan worden vastgeklampt. Geluk schrijf je met een kleine letter (behalve bij het begin van een zin), omdat het ook in kleine dingen steekt. Het zijn nu-momentjes, die zomaar op je bord vallen. Je moet ze gewoon (leren) degusteren. Een selectie uit een gelukkige dag.
    Zij die voor een vroege klant vroeger moet opstaan, wij die mogen nasoezen in bed, op haar nog warme plekje. De weegschaal die onverwacht een half kilootje minder aangeeft. Sms’je van de dochter: dank je wel, papsie, voor het komen herstellen van mijn kotfiets. Schaterlachen om de poes die blíjft uitglijden op de bevroren vijver.
     De autoradio starten net als ‘Perfect Day’ van Lou Reed gedraaid wordt, en voelen dat dat er, met het zonnetje op het gezicht en niks file, al aardig op begint te lijken. De binnensmondse ‘yes!’ op het werk, bij het vinden van de juiste kop voor het artikel van een collega. In een avondwedstrijdje zaalvoetbal als ‘oude’ papa de zoon kunnen dribbelen. Plaagstootjes heen-en-weer met de maten tijdens de ‘après-sjot’. En dan terug naar haar, en haar warme plekje.

Griet Plets
     Vroeger was geluk zoals het alleen in Disney-films nog kan zijn. Zoet zonder zuur, spannend maar nog niet gevaarlijk, vrank en vrij maar nog niet verslavend. Dat weeë, prettig kriebelende gevoel dat me plots kon overvallen. ’s Avonds in bed, als ik voor mijn zus verhalen verzon. In de living voor de tv, met Karolientje en haar bootje. Op vakantie aan zee: mijn vader die garnalen pelde, mijn moeder die het zand van onze kinderlijfjes wreef.
    Ik probeer het soms nog eens op te roepen – voorlopig vergeefs. Niet dat ik ongelukkig ben, maar minder voluit in het geluk: dat wel. Al was het maar omdat ik nu een besef van tijd en ruimte heb. Omdat ik geen onbeschreven blad meer ben, maar een mens met al wat krassen op zijn ziel. Omdat ik zoveel meer dan vroeger te verliezen heb.
    En ja, het zal wel waar zijn wat ze zeggen: dat het net daarom nog mooier is. Dat geluk maar kan bestaan bij gratie van die andere kant, verdriet. Maar daar heb ik even lak aan. Ik wil het best nog wel eens voelen: dat onverhoedse, volstrekt volmaakte, mierzoete kindergeluk.
     Ine Roox
     Omdat mijn moeder als kind vaak moest verhuizen, werden haar pianolessen net zo vaak onderbroken. Daarom zou ze mij, haar jongste dochter, later laten beloven om pianoles te volgen todat ik tenminste ‘Für Elise’ van Beethoven kon spelen. Zelf droomde ik van een saxofoon – maar die kreeg ik niet, omdat mijn ouders voor mijn oudere zus al een piano in huis hadden gehaald.
     Het werd dus piano, en ik mocht na ‘Für Elise’ stoppen. Maar toen ik zover was, peinsde ik er zelfs niet over. Elke ochtend piano, en telkens opnieuw na school: ik herinner het mij als momenten van puur geluk. Net als die lange zaterdagnamiddagen die voorbij vlogen, spelend op de vleugelpiano in de muziekacademie van ons dorp.
     Ik ben onlangs zelf verhuisd, en mijn oude, kleine piano verhuisde mee. ‘Zou je hem niet eens eindelijk inruilen voor een groter exemplaar?’ vroeg de pianostemmer. Ik denk er nog niet aan. Aan zijn toetsen kleven 25 jaar herinneringen.
     Eldrid Deleu
http://1.standaardcdn.be/Assets/Images_Upload/2012/01/13/foto_eldrid.jpg    Geen kind, geen eigen huis en niet getrouwd. Jong en onervaren, dus volgens oudere generaties nog helemaal onwetend over wat geluk is. Maar misschien ook niet, want ook zonder de heilige drievuldigheid huisje, tuintje, boompje is geluk niet onbereikbaar. Geluk is een moment waarop niets je ongelukkig maakt. Een aaneenschakeling van allemaal kleine gelukjes bij elkaar.
     Op een lege trein zitten in de zon. Een briefje van 20 euro ontdekken onderin de portemonnee. Net dat laatste jurkje in je maat kunnen bemachtigen, en dan liefst nog tijdens de solden. Dat uitgeputte gevoel na enkele rondjes in het zwembad. Kleine gelukjes, die alles doen lukken.
    Onverwachts een zee van tijd hebben, en daar dan niets mee doen. Thuiskomen van een avondje op café met vriendinnen, met kaken die pijn doen van het lachen. Gevangen zitten in een erg goed boek, om dan te treuren als het uit is. Maar nog het meest van al een knuffel van je lief in bed, net voor je helemaal wakker wordt, en de dag weer moet beginnen.
     Marc Reynebeau
     Het staat in de Amerikaanse onafhankelijkheidsverklaring: dat het mensen te doen is om ‘the pursuit of happiness’. Maar het grote geluk wordt snel te algemeen, cliché, banaal, kitscherig, ongrijpbaar, zelfs wat onaantrekkelijk. Het maakt ons gek. Wie het nastreeft, maakt zich ongelukkig. Misschien ligt het echte, tastbare geluk in het kleine, het particuliere, geluk dat je niet zoekt maar dat je overkomt, geluk op maat. Zoals toen ik in uitgerekend Zimbabwe een boek kon kopen waar ik al vele jaren naar op zoek was. Of die winterochtend in een koffiehuis aan de dijk in Oostende, die voorbijging met koffie, croissants, sigaretten en kranten. Ik ging daar zo in op, dat de tijd van mij afgleed. Toen het voorbij was, mengde spijt zich met dankbaarheid. Geluk is wat achteraf blijkt, als er een warm verhaal van overblijft, zonder dat het verlangen is gesmoord. Weten dat het kan altijd kan terugkeren, is een groot geluk.
     Karel Verhoeven
http://1.standaardcdn.be/Assets/Images_Upload/2012/01/13/foto_karel.jpg    Lichtheid is een onderschatte deugd. Veel plezier ben ik gaan beleven toen ik lichtheid ook letterlijk begon te nemen. Letterlijk zoals in: lichtheid van tred. Ik trek bijvoorbeeld graag ’s zomers de natuur in. Zo wild mogelijk, zo lang mogelijk weg. Niet dat ik wat heb tegen andere mensen, integendeel, maar af en toe wil ik alleen landschap. Mij doe je dan geen plezier met gidsen, groepen, hutten, en zelfs niet meer met paden. Laat mij maar gewoon dolen. 
    Jarenlang sleurde ik een half huis mee op mijn rug. Ik was op alles voorzien, plus reservestukken, genoeg eten om nooit honger te lijden, twee matjes, extra batterijen. Zo rond mijn drieëndertigste, die cruciale leeftijd, heb ik geleerd dat het altijd lichter kan. In de plaats van 30 kilo draag ik tegenwoordig 15 kilo mee.
     Maar niet alleen daarom loop ik helemaal anders rond. Het streven dat het lichter kan, bevrijdt van bezorgdheid om zwaarte. Al die dingen waarvan je denkt dat ze je comfort geven, bijvoorbeeld. Je hebt dat niet nodig. Ik lijd nu niet meer ontbering, wel integendeel. Het wordt gewoon allemaal veel simpeler en directer. Je wordt nat en droogt weer op. Die simpele omgang met de wereld is intens. Ik wist niet dat er een stoicijn in mij schuilt.
     Karsten Lemmens
     Sinds enkele maanden staat er naast de E314 een flink windmolenpark. De reuzen hebben postgevat nabij Diest, exact op de grens tussen Limburg en Vlaams-Brabant. Om te voorkomen dat een verstrooide hobbypiloot er op een donkerblauwe maandag tegenaan knalt, hebben ze er ook maar lampjes opgezet. Rode, flikkerende lampjes, die herinneringen oproepen aan de eightieskerstbomen van vroeger, toen het nog mocht knallen.
    Wanneer het donker is geworden, lijken ze meer te willen dan knallen alleen. Al vanop de helling van Tielt-Winge flikkeren ze mij tegemoet. Daarzo, achter die rode puntjes, daar is Limburg, vertellen ze in hun simpele morse. Mijn bronsgroen eikenhout. En elke dag merk ik dat ik glimlach, wanneer ik door die wuivende erehaag rijd.
    Als het aan groene jongens ligt, staan er binnenkort overal windmolens. Sta me toe naar hen een alleszeggende vuist te ballen. Immers, als mijn dagelijkse route van begin tot eind door een zee van rode lampjes wordt overspoeld, dan verwatert die poort naar thuis. Laat ons dus maar stoppen met al die investeringen in windenergie. En koesteren wat we nu hebben.

Henk Tack
http://1.standaardcdn.be/Assets/Images_Upload/2012/01/13/foto_henktack.jpg  In een klein hoekje zei u? Nee, wereldwijd is het geluk te vinden. Op het internet nog wel. Vrienden aan andere kant van de wereld die u niet uit het oog wil verliezen? Facebook! Een zeldzame lp die ontbreekt in uw verzameling? Ebay! Een onnozel videoclipje van mensen die zich onsterfelijk belachelijk maken? Youtube! Het antwoord op vragen zoals hoe een regenboog onstaat? Wikipedia! een boek dat alleen aan de ander kant van de wereld te krijgen is? Amazon! ’s Nachts zin om te scrabbelen? Wordfeud!
   En dat allemaal 24 uur per dag, 7 dagen per week. Niet dat ik ongelukkig was voor het internet er was, maar telkens als ik mijn computer, iPad of smartphone bekijk, kus ik mijn beide handen dat het kan. Al die weelde aan mijn vingertoppen ik kan het nog altijd niet geloven. Ooit ben ik begonnen om mijn eigen bijdrage te leveren met een bescheiden website. Dat je blijkbaar ook daarmee mensen weer gelukkig mee maakt, of op zijn minst blij, vergroot het eigen geluk.
     Daarbij komt nog de rust die neerdaalt als je een paar dagen offline gaat. Weer een gelukzalig moment. Het houdt gewoon niet op, daar op het internet.
 
     Ingeborg Deleye
      Ik kan dagelijks instant gelukkig worden van gerommel op straat, van het gevoel dat álles nog diezelfde dag mogelijk is of van de ontdekking van een welluidende straatnaam. De stad. Ik gok op toekomstig geluk wanneer een stad als New York voor mij opdoemt, nu of binnenkort. Of Tokio, of Moskou, of Brasilia: mijn verlanglijst is ellenlang.
     Omdat ik hou van een stedelijk geroezemoes, het kluwen van anonieme mensen, de open geesten en de onmetelijke vrijheid waarvoor ‘de stad’ synoniem staat. Ik woon er graag en mijn droomreizen stem ik dan ook graag op de ontdekking van een nieuwe, heerlijk druk geürbaniseerde omgeving af. Ik zoek en vind op aangenaam regelmatige basis het geluk in de stad. Het platteland bewaar ik graag voor als ik ‘groot’ ben.
     Wouter Van Driessche
      http://1.standaardcdn.be/Assets/Images_Upload/2012/01/13/foto_wouter.jpg‘Geluk is het verlangen naar herhaling.’ Dat heb ik zelf niet bedacht, dat schrijft Milan Kundera in De Ondraaglijke Lichtheid van het Bestaan. Dát is dus geluk voor mij. Zo’n zin. Zo’n inzicht. Hele bibliotheken zijn er over geluk geschreven. En dan slaat iemand met zes woorden – twee eigenlijk: verlangen, herhaling – de nagel op de kop. Simpel. Waar. Glashelder. Maar allerminst absoluut. Ruimte genoeg om zelf nog na te denken.
Inzicht, dus. Chaos die betekenis krijgt. Puzzelstukjes die in elkaar vallen. Daar word ik gelukkig van. De linkerhersenhelft – de logica – die even in vervoering geraakt. De rede die kippenvel krijgt. De ratio die jubelt. Verlichting die betovert. Heerlijk.
      Rogier Verschueren
      Slingers opgehangen, ballonnen opgeblazen, chips op tafel. Wanneer komen de eerste gasten?
Het eerste geluksmoment dat ik me herinner, is de spanning net voor de start van een verjaardagsfeestje. Het (ver)wachten deed me meer dan de viering zelf.
Sindsdien volgden er nog kleine en grote momenten waarbij geluk bijna tastbaar werd. Iemand graag zien en graag gezien worden, een vooraf onmogelijk lijkende uitdaging overwinnen, maar evengoed: mijn mp3-speler die een bepaald nummer koos op exact het juiste moment, het voldane gevoel in de douche na het sporten of de gezelligheid onder vrienden bij een frisse pint op een warme zomeravond.
Pessimisten wijzen erop dat niemand altijd gelukkig kan zijn, dat het een kwestie van momentopnames is. Gelukkig maar, denk ik dan, anders is er ook niets meer aan.
      Filip Van Ongevalle
‘    Je hebt geluk gehad’, wordt wel eens gezegd. En dan bedoelen de mensen: daar ben je even mooi aan een onheil ontsnapt. Op 18 augustus 2011 bijvoorbeeld, toen ik op de weide van Pukkelpop nattigheid voelde. ‘Snel een regenjas halen’, dacht ik. Toen ik bij mijn wagen aankwam, regende het al feller, maar ik keerde toch terug. ‘Voor de gezelligheid.’ En gezellig werd het.
     De lucht kleurde donker als de nacht, de wind blies harder dan ik ooit in een rampenfilm had gezien en de hagelstenen voelden aan alsof het rubberkogels waren. De wind joeg me vooruit naar een tent op de verste uithoek van het terrein. Ze kraakte in haar voegen, spiegelbollen zwiepten wild heen en weer. Er troepte zoveel volk samen, dat ik niet meer kon bewegen.
     Toen mijn brilglazen aandampten, kon ik zelfs niet meer zien. Maar geluk zit in een klein hoekje, en dat was het hoekje waar ik stond. Nauwelijks tien meter verder werd een koppeltje verpletterd onder een balk die in twee brak. Er vielen uiteindelijk vier doden, tientallen anderen raakten gewond. En ik? Ik probeerde met zo weinig mogelijk modder aan mijn schoenen in mijn wagen te stappen. Ik had geluk gehad.

Robin De Clercq
     Met z’n tweeën in een veel te kleine keuken. Elkaar voor de voeten lopen en mopperen als de ander je ook maar de minste duw geeft. ‘Niet vergeten roeren’, vraagt ze. ‘Zal ik doen’, maar je vergeet het toch. Gevloek. Een brandgeurtje. De saus die uit de pan begint te pruttelen.
     Je maakt je uit de voeten. ‘Ik zal ze maar laten doen, ze weet waar ze mee bezig is.’ Dan maar de tafel dekken. ‘Kom je dit nog even afgieten?’ Meer dan de helft naast het vergiet. Opnieuw gevloek. De keuken uit voor die lepel me raakt.
    Kaarsjes op tafel. De kerstverlichting nog een laatste keer aan. De tafel gedekt, de glazen halfvol. Hopen dat het genoeg is om de ergernis te doen vergeten. En daar is ze dan, met een lach, en met het eten. Een gelaten zuchtje. Gezegend weze dat engelengeduld van haar.
     Nog een lach. De allendaagse frustraties die er ineens niks meer toe doen. Oogcontact.
‘Smakelijk, schat.’ Verliefd zijn. Gelukkig zijn.

 Lies Lecomte
     Geluk, dat is het verleden. Dat is terugdenken aan die keer dat ik van een lege piste afgleed, geen mens in zicht, verse sneeuw onder de latten en alleen het geknars van een oude skilift op de achtergrond. Dat is nagenieten van de avond met vrienden die ik na jaren onverwacht terugzag, en waarin het voelde alsof we maar acht dagen uit elkaar waren geweest en niet acht jaar. Dat is de herinnering aan die keer aan dat meer, op een hete dag in een ver land, waarin we veel zeiden met weinig woorden.
Was ik toen gelukkig? Achteraf gezien wel, misschien. Maar op het moment zelf, toen stond ik daar niet bij stil. Toen was ik te druk bezig met genieten van het moment. Gelukkig maar.
     Jorn Van Thillo
   Het was een druilerige herfstdag. Of zo herinner ik mij die dag van de loopwedstrijd toch. In een trainingspak en sportschoenen met handige plakkers stond ik gespannen aan de meet. Mijn tactiek als 8-jarige: sneller lopen dan de anderen. Zo kon het niet misgaan. Even later kwam ik als eerste over de streep. Lichtjes buiten adem, dat wel. Maar die trofee was voor mij. Het had weinig met geluk te maken. Maar toch, zelden heb ik zo geglunderd als toen.


     Wim Lecluyse

Uiteraard waren we blij naar een mooier en groter huis te trekken. Maar het verhuisproces zelf was geen prettig vooruitzicht. De goed gevulde bananendozen konden we zelf ter plaatse brengen. Maar om de piano op de eerste verdieping van de nieuwe woning te krijgen hadden we toch een verhuislift nodig.
      Het moment dat je een gevaarte van een paar honderd kilo door een raam naar binnen moet trekken, is het toch even slikken. Zelfs al zijn er nog zes anderen die mee heffen, sleuren en duwen. Het moment dat je er in slaagt de piano ongedeerd in de juiste hoek van de kamer neer te zetten, weet je dat het vanaf dan kinderspel wordt.

Jan Temmerman
         Een festival organiseren? Waarom doet een mens dat eigenlijk? Maanden op voorhand er aan beginnen. Bands boeken, bestellingen doen en nachtelijke vergaderingen waar ego’s het elkaar moeilijk maken. Je vriendin vraagt zich terecht af waar de aandacht blijft voor haar persoon. Een maand voor het festival begin je te bezuinigen op slaap, de laatste gaten moeten dichtgereden worden, de wederzijdse frustratie met je medeorganisatoren bereikt stilaan een kookpunt.
       De dag dat het festival aanbreekt, zit je er al volledig door. Slaap, wat is dat? De eerste bands zeggen af. Op het podium loopt van alles mis. Er zit een band vast in Zaventem. Telefoon: de facturen van de brouwer kloppen niet. Weer telefoon: die van de podiumleverancier kloppen nog minder. Lopen, stress, frustratie. Tot de laatste minuut. Juist wanneer je zegt ‘nooit meer’, zie je de laatste festivalbezoeker met een brede glimlach afdruipen. Juist, daarom doe ik dit weer. En ik ben er perfect gelukkig mee. 
     In het krantenartikel vind ik de mening van Els Groessens heel passend met die van mij. Geluk is er steeds, je moet het gewoon merken!
      Bronvermelding: Geraadpleegd op 25 juli 2016 via http://www.standaard.be/cnt/dmf20120113_124.


Mijn resultaten van de PKG-schaal:

Externe kritiek : 0
Relativisme : 1,63
Tweede naïviteit : 3,38
letterlijk geloof : 4,50

Ik ga niet helemaal akkoord met mijn resultaat van het PKG-schaal.
Ik ben inderdaad heel gelovig, maar ik ben Joods. Ik geloof in God.
In de vragenlijst waren er heel veel vragen die gericht waren voor christenen. Daarom is het resultaat voor mij eigenlijk niet correct.

De vragen die specifiek over het christendom gaan zijn voor mij dus niet van toepassing en daardoor is mijn resultaat verbogen.

Bronvermelding Don Bosco: Geraadpleegd op 21 juli 2016 via https://www.youtube.com/watch?v=nBp9vrp_E20

Fragment: Don Brosco
Bronvermelding: KU Leuven - Faculteit Theologie en Religiewetenschappen. (2002-2014). Opgeroepen op 20 juli 2016 via http://thomas.theo.kuleuven.be/algemeen/pkg

Welke getuigenissen spreken mij aan?
De getuigenis van Bruno adjunct-directeur in Don Bosco St. Pieters-Woluwe
Hij zegt dat een gelovige in alle omstandigheden waarin hij zich alleen voelt, zich kan wenden naar God.
Dit spreekt mij aan omdat het volgens mij inderdaad zo is. Als joods meisje heb ik het geluk om me altijd in God te verzekeren. Ik kan altijd tot hem bidden, het maakt niet uit wanneer, waar en in welke taal. Bidden is zich verbinden met God. Ik kan hem mijn problemen vertellen maar hem ook bedanken. Ik moet zich niet enkel naar hem wenden als er een probleem zich voordoet, het kan ook om hem enkel te bedanken voor alles dat Hij me schenkt.
Geen enkel tefillah (gebed) blijft onbeantwoord. Ook al zie je niet direct dat het niet tegemoet komt aan het vereiste zal de tefillah iets voor de mens bijstaan. Soms zie je de uitkomst wel en soms niet maar onbewust heeft het je geholpen.


Als ik voor een dilemma sta en geen keuze kan maken vraag ik aan God om me de juiste weg te tonen en God helpt mij steeds. Plotseling merk ik dingen op die ik in het begin helemaal niet heb gezien en dat helpt mij bij het nemen van beslissingen.
De getuigenis van Marie opvoedster in het Don Bosco Jongenstehuis in Vremde
Marie zegt dat ze in God gelooft. Dat betekent volgens haar dat ze af en toe die persoon nodig heeft. Als ze in problemen zit dan voelt ze dat ze er niet alleen voor staat.
Ja, ik vind ook dat het goed is om steeds het gevoel te hebben dat je niet allen bent. God is altijd met je. Maar ik herhaal even wat ik de eerste getuigenis heb geschreven, nl. je moet je niet enkel naar God wenden als je problemen hebt, God staat altijd klaar om naar jouw te luisteren, dus je kan hem ook bedanken.
Ik wil nog een opmerking toevoegen: God is volgens mijn geloof geen persoon.
Wat is voor mij geloven?
Ik geloof dat er een God op de wereld is die de hele wereld heeft geschapen en dat Hij de wereld regeert en dat alles wat er op de wereld gebeurt onder Zijn leiding is. Er gebeurt niets per toeval, alles komt van God.
“In Jewish history there are no coincidences.”                           – Elie Wiesel
Bronvermelding: Geraadpleegd op 21 juli 2016 via
http://www.aish.com/sp/ph/20-Favorite-Jewish-Quotes.html
God heeft ons de Thora gegeven op de berg Sinai. De eerste gebod is dat we Zijn bestaan moeten erkennen en dat we Hem moeten vertrouwen. De “erkenning” is geloven maar het is ook veel meer; het is weten en vertrouwen. In de Thora staan alle wetten dat we moeten volgen. 


Het Joodse geloof begint met het geloof in de Tien Geboden.
1. Ik ben de Here, uw God.
2. U zult geen andere goden hebben.

3. U zult geen valse eed afleggen in Mijn naam.
4. Gedenk de sabbatdag en houd hem heilig.
5. Eer uw vader en uw moeder.
6. U zult niet doodslaan.
7. Neem niet de vrouw of de man van een ander.
8. U zult niet stelen.
9. U zult niet liegen.
10. U zult niet begeren.
Bronvermelding: Geraadpleegd op 19 juli 2016 via:
https://henkjanketelaar.files.wordpress.com/2012/10/10-geboden.jpg

Ook is er een samenvatting van het joodse geloof: ‘de dertien geloofspunten van Maimonides’. Ik zeg die dertien geloofspunten elke dag op. Het versterkt mijn geloof in God en geeft mij duidelijkheid over het doel van mijn leven.
Als ik de dertien geloofspunten zeg dan denk ik na wat ik zeg en ik voel dat dit de waarheid is.
Ik heb een Nederlandse vertaling van de dertien geloofspunten gevonden:
IK GELOOF ER VOLLEDIG AAN…:
1)        Dat God de enige schepper en leider is van al' wat geschapen is en tot stand kwam, komt en komen zal'.
2)        Dat God een absolute eenheid is, onvergelijkelijk met welke eenheid ook.
          Dat alleen Hij de God is, die er was, er is, en er altijd zijn zal.
3)        Dat Hij onlichamelijk is, Hij geen lichamelijke functies bezit en dat van Hem geen voorstelling mogelijk is.
4)        Dat Hij de eerste en de laatste is.
5)        Dat men alleen tot Hem het gebed mag richten en dat men dit niet tot een ander mag doen.
6)        Dat al wat de profeten verkondigd hebben, waar is.
7)        Dat Mosjê de ware profeet was, die nooit zijn weerga heeft gehad of zal hebben.
8)        Dat heel de Thora, zoals wij die nu bezitten, door God aan Mosjê gegeven is.
9)        Dat deze Thora onveranderlijk is, dat er geen andere bestaat, die van God afkomstig is.
10)    Dat God de handelingen en de gedachten van de mens kent.
11)    Dat Hij diegenen die Zijn geboden nakomen, beloont en diegenen die Zijn geboden overtreden, straft.
12)    Dat de Messias zeker zal komen en al kan hij ook lang uitblijven, verwacht ik iedere dag Zijn komst.
13)    Dat er een herleving der doden zal zijn op een tijd dat de schepper, wiens naam geprezen is en wiens faam zo hoog en voor altijd verheven is, het wil.
Op Uw hulp hoop ik, Eeuwige. Ik hoop, Eeuwige op Uw hulp. Eeuwige, op uw hulp hoop ik.
Bronvermelding: Geraadpleegd op 21 juli 2016 via http://etsel.infoteur.nl/specials/maimonides.html
Wie is voor mij god?
Ik geloof dat er maar één enkele God is die de wereld heeft geschapen en die nu voortdurend stuurt. Dat is voor mij een onbetwistbaar feit. God zorgt voor elk wezen op de wereld, hij wil voor ons het beste. Voor mij bestaat er geen toeval, alles komt van God. God zorgt ervoor dat we kunnen ademen, bewegen, denken,… en nog zoveel meer! We moeten Hem hiervoor dankbaar zijn.



De joden hebben alledaagse voorgeschreven gebeden, waarin we God danken, vereren en ook vertellen wat we begeren. Maar ik kan ook in eigen woorden, in welke taal ook, bidden. Als ik iets begeer, als ik mij niet goed voel, als ik blij ben,… in welke gelegenheid ook, als ik iets tegen God wil zeggen/vragen, dan bid ik. Tijdens het bidden en ook daarna, voel ik me sterk verbonden met God. Ik ben er zeker van dat Hij hoort wat ik zeg, mij begrijpt en weet wat goed is voor mij. Dat geeft mij een gevoel van veiligheid en warmte – ik ben nooit alleen, waar ik maar ben, God is met mij en ik kan op elk moment tegen Hem ‘spreken’!

Bronvermelding: Geraadpleegd op 19 juli 2016 via 




God is close to those who call to Him                 (Psalm 145:18)


God is dicht bij diegenen die Hem roepen. God wil dat we tegen Hem bidden. Als we bidden gaan we een relatie aan met God, we voelen een verbondenheid met onze Schepper. 

No comments:

Post a Comment